Na de dood van Vincent van Gogh kreeg zijn werk een tweede leven. Vincent had tijdens zijn leven jarenlang schilderijen en tekeningen naar zijn broer Theo gestuurd, in de hoop dat Theo die kon verkopen. Zo zouden de werken fungeren als een terugbetaling voor alles wat Theo voor Vincent had gedaan: hem onderhouden door een maandelijkse financiële bijdrage te geven en …
Kröller-Müller Museum
Na de dood van Vincent van Gogh kreeg zijn werk een tweede leven. Vincent had tijdens zijn leven jarenlang schilderijen en tekeningen naar zijn broer Theo gestuurd, in de hoop dat Theo die kon verkopen. Zo zouden de werken fungeren als een terugbetaling voor alles wat Theo voor Vincent had gedaan: hem onderhouden door een maandelijkse financiële bijdrage te geven …
Herberg Ravoux
Toen Vincent op 20 mei 1890 aankwam in Auvers-sur-Oise huurde hij een kamer op de tweede etage van Auberge Ravoux aan de Place de la Mairie. Dokter Gachet had hem de andere herberg in het dorp aangeraden (Saint-Aubin in Rue de Pontoise), maar Vincent vond dat hotel voor zes francs per nacht echt te duur. Hij verkoos dus het logement van Arthur Gustave Ravoux …
Saint-Paul-de-Mausole
Op 8 mei 1889 kwam Vincent aan in Saint-Rémy-de-Provence om zich daar vrijwillig te laten opnemen in de psychiatrische inrichting Saint-Paul-de-Mausole, gevestigd in een klooster. Sinds december 1888 had hij een aantal ernstige psychische crisissen gehad en hij vond het voor zijn eigen rust en die van anderen belangrijk om opgenomen te worden. Hij genoot een goede behandeling van zijn arts Théophile …
Restaurant Carrel
Bij aankomst in Arles huurde Vincent de eerste twee maanden een kamer in hotel en restaurant Carrel dat eigendom was Albert Carrel en diens vrouw Cathérine Carrel-Garcin. Het hotel was een gebouw van twee verdiepingen en had een klein terras op het dak en een balkon op de eerste verdieping. Toen Vincent er net was, schreef hij zijn broer Theo: …
Het Gele Huis
Vanaf 1 mei 1889 huurde Vincent een pand met geel gepleisterde muren aan het Place Lamartine in Arles voor 15 francs per maand. Per 1 september gebruikte hij het niet alleen als atelier, maar woonde hij er ook. Hij noemde deze woning het ‘Gele Huis’ en wilde het rijkelijk decoreren met schilderijen. Vincent wilde er een ‘atelier van het zuiden’ van maken …
Familie Decrucq
Toen Vincent in Cuesmes aankwam, vond hij onderdak bij Edouard Joseph Francq aan de Rue du Pavillon 5. Later huurde hij een kamer bij zijn buren; familie Decrucq. Vanaf wanneer precies hij bij de Decrucqs verbleef, is niet bekend. Hij had inmiddels – zij het wijfelend en op aanraden van zijn broer Theo – besloten zich als kunstenaar te willen ontwikkelen. Zo …
Edouard Francq
Nadat Vincents contract als lekenprediker bij het Belgische Evangelisatie Comité niet verlengd werd, trok hij naar het plaatsje Cuesmes. Daar vond hij onderdak bij de predikant Edouard Joseph Francq (1819 – 1902). Het zal een zware tijd voor Vincent geweest zijn, want hij had voor de zoveelste keer een mislukking op werkgebied achter de rug en had daarmee niet alleen …
Atelierwoning
Eind november 1885 kwam Vincent in Antwerpen aan. Hij huurde een kamer van het Nederlandse echtpaar Willem Henricus Brandel en diens vrouw Anna Wilhelmina Huberta. Voordat Vincent naar Antwerpen vertrok, verwachtte hij dat hij geen geld zou hebben om een atelier te huren in de stad. Maar het lukte hem toch om bij het echtpaar Brandel ook een klein hokje naast zijn eigen …
Pulchri Studio
Vincent was in oktober 1881 op voorspraak van kunstenaar Anton Mauve (1838-1888) buitengewoon lid van de Haagse kunstenaarsvereniging Pulchri Studio geworden. De vereniging was in 1847 opgericht zodat kunstenaars naar model konden tekenen en kunstbeschouwingen en tentoonstellingen konden bekijken en organiseren. Voor Vincent was het lidmaatschap bij Pulchri zeer welkom, want zo zou hij andere kunstenaars in Den Haag kunnen leren kennen en, …
Schenkweg 136
Toen Vincent eind 1881 na een ruzie met zijn ouders in Den Haag was aangekomen vond hij binnen een week een atelierwoning aan de Schenkweg 138. Dat pand werd echter al snel te klein voor hem, omdat hij een relatie had gekregen met de zwangere prostituee Clasina Maria ‘Sien’ Hoornik (1850-1904) met wie hij plande te gaan samenwonen. Daarnaast was de woning …
Schenkweg 138
Vincent woonde van 1 januari 1882 tot 4 juli 1882 op Schenkweg 138 en had daar ook zijn atelier. Het was een paar straten bij de kunstenaar Anton Mauve (1838-1888) vandaan, die destijds belangrijk voor hem was. De Schenkweg (later Schenkstraat genoemd) lag destijds in feite net buiten de stad, achter het Rijnspoor station dat in 1870 was geopend. Het wijkje was pas …
Schafrat
Vincents atelier bij zijn ouders in huis was klein en niet zo fijn gelegen. Bovendien was de verhouding met zijn familie niet optimaal; Vincent verlangde daarom naar een nieuw atelier. In mei 1884 was het zover, hij huurde een atelier bij de katholieke koster Johannes Schafrat en diens vrouw Adriana Schafrat-Van Eerd voor 75 gulden per jaar: “Twee kamers – een groote …
Pastorie
Toen Vincent op 5 december 1883 in Nuenen aankwam, trok hij in bij zijn ouders in de pastorie van de Nederlands Hervormde kerk waarvan zijn vader dominee was. De ontvangst was koeltjes en de spanningen tussen Vincent en zijn vader waren groot. Toch kreeg hij half december van zijn ouders beschikking over de mangelkamer en mocht die als atelier inrichten. De kamer was vochtig en koud …
Pastorie
Familie Van Gogh woonde in de pastorie naast de Nederlands Hervormde Kerk waar Vincents vader dominee was. Toen Vincent in 1878 en 1881 voor langere tijd in Etten verbleef, kreeg hij de aanbouw aan de achterkant van het huis tot zijn beschikking als studeerkamer en later als atelier. De met klimop begroeide kamer keek uit op de achtertuin van het huis die …
Logement Scholte
Aangekomen in Nieuw-Amsterdam/Veenoord verbleef Vincent in het logement van Hendrik Scholte (1841-1915). In deze periode hield hij het adres in Hoogeveen aan als postadres, waar hij zijn spullen grotendeels achter had kunnen laten. Waarschijnlijk bevonden zich aan de voorkant van het logement drie kamers. De middelste had een balkon en diende als onderkomen voor gasten. Vincent zou hier twee maanden …
Hartsuiker
Op 11 september 1883 arriveerde Vincent in Hoogeveen. Voor f 1,- per dag vond hij onderdak niet ver van het station van Hoogeveen bij logementhouder Albertus Hartsuiker (1827 – 1902), diens vrouw Catharina Beukema (1835-1908) en hun drie kinderen. Het logement had een grote ‘gelagkamer’(deel van de herberg waar de gasten konden zitten), stal, achterzolder en een tuin. Vincent kreeg …